Gisteren (2 juni) is het nieuwe Sustainable Development Report 2022 gepresenteerd. Dit rapport is opgesteld door Cambridge University onder regie van het Sustainable Development Solution Network. In dit jaarlijkse rapport staat een overzicht van hoe we als wereld presteren op de SDG´s, maar ook hoe ieder land het afzonderlijk doet. Dit laatste heet de zogenaamde SDG index.
De belangrijkste conclusies uit het rapport:
· Vrede, diplomatie en internationale samenwerking zijn fundamentele voorwaarden voor de wereld om vooruitgang te boeken met de SDG's tegen 2030 en daarna.
· Voor het tweede jaar op rij boekt de wereld geen vooruitgang meer met de SDG's.
· Er is een mondiaal plan nodig om de SDG's te financieren.
· Halverwege op weg naar 2030 lopen de beleidsinspanningen en toezeggingen ter ondersteuning van de SDG's sterk uiteen tussen de landen, ook tussen de G20-landen.
· Rijke landen genereren negatieve internationale overloopeffecten, met name door niet-duurzame consumptie; Europa onderneemt actie.
· De COVID-19-pandemie heeft gegevensverstrekkers gedwongen te innoveren en nieuwe vormen van partnerschappen op te zetten; deze moeten worden benut en opgeschaald om de effecten van de SDG's tegen 2030 en daarna te bevorderen.
Nederland is van de 11e plek naar de 17e plek gezakt.
Voor meer informatie download het rapport hier:
Sustainable Devlopment Report 2022
Artikel door Hans Smit.
In 2015 zijn door de Verenigde Naties 17 sustainable development goals (SDG’s)doelen opgesteld die ervoor moeten zorgen dat de wereld gezonder, eerlijker en duurzamer wordt. Nederland heeft zich aangesloten bij deze doelen.
Geen Armoede, SDG 1 is het eerste van die 17 doelen. Er zijn concrete doelstellingen geformuleerd en één daarvan is dat in 2030 het aantal mensen dat in armoede leeft met de helft moet zijn afgenomen. Een doelstelling die dus ook goed door te vertalen is naar regeerakkoord of collegeprogramma’s. Toch zien we dat maar op bescheiden schaal plaatsvinden. Het regeerakkoord 2022 – 2025 vermeldt:
“We zetten de brede armoede- en schuldenaanpak met volle kracht door. We nemen maatregelen om het aantal kinderen dat in armoede opgroeit in vier jaar tijd te halveren en hanteren daarbij een eenduidige, realistische, relatieve definitie van armoede. We herijken elke vier jaar het sociaal minimum om vast te stellen of dit toereikend is om van te leven en mee te doen in de samenleving.”
Heel concreet, in lijn met de SDG’s, op het terugdringen van het aantal kinderen dat in armoede leeft maar minder duidelijk op de totale omvang van mensen die in armoede leven.
In een steekproef onder collegeprogramma’s zijn we nog geen concrete doelstellingen tegengekomen. Er is veel inzet op het onderwerp “armoede” maar niet met een geformuleerd einddoel. Veelal gaat het om “inzetten op” of “terugdringen van” of dergelijke omschrijvingen van de inzet maar geen stevig geformuleerde doelstelling. En dat is toch vreemd. We weten in Nederland ongelofelijk veel over armoede, waar het voorkomt, bij wie het voorkomt, waardoor armoede ontstaat enzovoort. Maar met die kennis lijken we niet in staat armoede wezenlijk terug te dringen. Al vele jaren begeeft de armoede zich tussen de 4% en 6 % van de bevolking en nog altijd zijn jaarlijks ruim 160.000 klanten afhankelijk van de voedselbank en dit aantal groeit de komende tijd zelfs.
Er zijn veel oorzaken aan te geven die het terugdringen van armoede bemoeilijken, we noemen een aantal belangrijke:
AVG
Het is door de beperkingen die de AVG oplegt niet altijd mogelijk om informatie uit te wisselen tussen partijen waardoor vroegtijdige signalering van financiële problemen minder goed dan wenselijk mogelijk is. Signalen over huurachterstand, of het niet betalen van de zorgverzekering kunnen een signaal zijn voor structurele financiële problemen. Gezamenlijk optrekken van partijen kan helpen armoede te voorkomen of te verhelpen. Het blijft dus vaak zoeken naar mogelijkheden om samen in actie te komen zonder privacyregels te schenden.
Niet gebruik
Hoewel er tal van voorzieningen bestaan om mensen te helpen die financiële problemen ervaren wordt van die voorzieningen niet altijd gebruik van gemaakt terwijl ze daar wel recht hebben op die ondersteuning. Dit verschil wordt “Niet gebruik” genoemd en heeft verschillende oorzaken. Dit gebeurt als mensen:
1. geen tekort ervaren,
2. de regeling niet kennen,
3. denken geen recht op of nut van de regeling te hebben,
4. een negatief beeld van de regeling hebben,
5. hun situatie te instabiel vinden om het recht op en behoefte aan de regeling te kunnen inschatten,
6. de kosten van het aanvragen niet willen maken.
Hier kan nog aan worden toegevoegd dat niet-gebruik waarschijnlijker wordt wanneer mensen de Nederlandse taal minder vaardig zijn.
Verdienmodel
Een andere, onbedoelde, remmende factor is dat vele hulpinstanties de aanpak van armoede als verdienmodel gebruiken. Gemeenten kregen door de decentralisatie van taken in het sociaal domein er vele taken bij waarvoor in veel gevallen de expertise of de capaciteit ontbrak om deze taken goed uit te voeren. Door deze taken over te hevelen naar de markt hebben gemeente dit opgelost. In de praktijk zie je nu dat bedrijven er een zeker commercieel belang bij hebben de armoede (in ieder geval een tijd) in stand te houden. Een voorbeeld is schuldsanering. In veel gevallen wordt voor sanering een periode van 5 jaar afgesproken. Hulpverleners krijgen van de gemeente een maandelijkse vergoeding om dit werk uit te voeren. Er is geen prikkel om dit sneller dan 5 jaar te doen waardoor die hulpverleners onnodig lang doen over de sanering.
Door inzicht te hebben in deze bemoeilijkende factoren kunnen ook oplossingen worden ontwikkeld om het effect van de factoren terug te dringen of weg te nemen
Hoe zou het anders kunnen?
Als je werk wilt maken van het terugdringen van armoede stellen wij een aantal stappen voor:
1 Stel een helder doel
De eerste stap is het allerbelangrijkst. Heb de wil om armoede echt aan te pakken en heb de moed om daar een concreet geformuleerd doel aan te hangen.
Een rijk land als Nederland moet het mogelijk zijn armoede een halt toe te roepen en terug te dringen. Nu zien we nog een groei van mensen die aangewezen zijn op de voedselbank of ontstaan zelfs nieuwe begrippen als energiearmoede of menstruatiearmoede. Met een actieve aanpak moet armoede te dringen zijn.
Dus bijvoorbeeld als doel “in 2030 is het aantal mensen in onze gemeente die in armoede leven teruggebracht tot maximaal 3% van onze inwoners” of “in 2030 is het aantal gezinnen dat in armoede leeft met een x aantal gezinnen afgenomen”. Stel een doel dat helder is en waarvoor je af te rekenen bent. Gebruik geen algemene termen die alleen maar een richting aangeven.
2 Stel een taskforce samen
Stel een multidisciplinaire groep samen van medewerkers uit de organisatie. Bij het samenstellen van deze groep is intrinsieke motivatie belangrijker dan inhoudelijke kennis. Uiteraard is dat laatste ook nodig.
3 Wat doen we al
Er gebeurt natuurlijk al veel op het gebied van armoede, breng in kaart wat er aan beleid is, wie er intern bij betrokken is, hoeveel geld er mee gemoeid is, welke externe partijen een rol hebben en welke dat is. Maak een zo compleet mogelijk overzicht.
4 Beoordeel de effectiviteit van de huidige aanpak
Dit is een lastige maar noodzakelijke stap. Van belang is om dit zo objectief mogelijk te doen. Uit een objectief onderzoek zou geleerd kunnen worden dat eerder ingezet beleid of genomen maatregelen niet het verwachtte resultaat hebben opgebracht. Gebruik dit inzicht als een positieve opbrengst. Laat zien welke middelen bijdragen en welke maatregel. Het verkregen inzicht kan worden gebruikt voor heroverwegingen.
5 Haal ervaringen op bij de doelgroep
Een heel belangrijk onderwerp is het ophalen van informatie bij ervaringsdeskundigen. Ga in gesprek met mensen die afhankelijk zijn van ondersteuning, die nu in armoede verkeren. Hoe ervaren zij de steun, waar zitten voor hen de hindernissen, wat zouden zij anders willen. Sta open voor suggesties.
6 Breng wettelijke obstakels in beeld
Als helder is waar de obstakels zitten kun je ook beter nadenken over alternatieven om de hindernis weg te nemen. Een simpel voorbeeld uit de praktijk. Een gemeente wilde in contact komen met cliënten van een woningbouwcorporatie. De corporatie mag op basis van de AVG geen adressen leveren. De gemeente heeft vervolgens de brief opgesteld en laten bezorgen door de corporatie. Keurig binnen de regels van de AVG. De gemeente kon daarna wel met de respondenten vervolgstappen zetten.
7 Armoedebestrijding vraagt om een integrale aanpak
Aanpak van armoede kent heel veel deelonderwerpen. Om de succeskansen te vergroten is een integrale aanpak noodzakelijk. De SDG’s kunnen hierbij een hulpmiddel zijn. Een gemeenschappelijke taal die helpt verbanden te leggen.
SDG 2 |
Armoede is van invloed op het voedingspatroon, noodgedwongen wordt vaak uitgeweken naar minder voedsel en voedsel van slechtere kwaliteit. Dit is van invloed op de gezondheid en werk- en leerprestaties |
SDG 3 |
Leven in armoede leidt tot veel meer stress en beïnvloed in negatieve zin de gezondheid. Ook zijn er minder tot geen mogelijkheden om bijvoorbeeld aan sport te doen |
SDG 4 |
Voeding en gezondheid zijn van invloed op leerprestaties maar ook het kunnen beschikken over goede hulpmiddelen zoals bijvoorbeeld een laptop of pc is noodzakelijk om in het onderwijs mee te kunnen doen |
SDG 7 |
Leven in armoede betekent vaak wonen in een slecht geïsoleerde woning en geen mogelijkheden om energiebesparende voorzieningen te treffen. Met de huidige hoge energieprijzen hebben we er ook een nieuw woord bijgekregen, “energiearmoede”. |
SDG 8 |
Belangrijk is om passend werk met een toereikend inkomen te hebben en te houden. We zien nu al middeninkomens in financiële problemen komen. Het hebben van werk is een belangrijke factor in het actief mee kunne doen in de samenleving. |
SDG 10 |
Gelijke kansen zijn noodzakelijk voor een goede sociale infrastructuur. Ongelijkheid kan daarmee een voedingsbodem zijn voor criminaliteit. |
SDG 11 |
Armoede vormt een belangrijke aanleiding voor een tweedeling in de samenleving. Leven in armoede betekent niet actief mee kunnen doen in die samenleving. Dit is van invloed op de leefbaarheid in wijken en buurten |
SDG 16 |
Bij veel maatregelen rond armoede wordt veelal ook een handhaving en sanctieregels opgesteld. Vaak worden rigide maatregelen getroffen die vervolgens vrij systematisch worden toegepast. De toeslagen affaire is hiervan een treurig voorbeeld. |
8RHK ambassadeurs heeft Everlast Consultancy opdracht gegeven haar te begeleiden bij de ontwikkeling naar een SDG-regio.
De Achterhoek heeft als eerste regio in Nederland uitgesproken SDG-regio te willen zijn. Een half jaar geleden hebben commissaris van de koning in Gelderland, John Berends en de voorzitter van de Achterhoek Board, Mark Boumans, een intentieverklaring ondertekend om dit te bekrachtigen. Deze papieren verklaring moet nu concreet gestalte krijgen en tot resultaat leiden.
Everlast Consultancy zal met alle gemeentes in de bestuurlijke regio Achterhoek afzonderlijk een ambitie-inspiratiesessie organiseren om te bespreken hoe de gemeentes invulling kunnen geven aan de regionale SDG-ambitie i.r.t. de eigen gemeentelijke ambities.
De bestuurlijke regio bestaat uit de gemeentes Berkelland, Oost-Gelre, Winterswijk, Aalten, Oude IJsselstreek, Doetinchem en Bronckhorst.
Tevens zal Everlast Consultancy 8RHK ambassadeurs begeleiden en ondersteunen bij het opstellen van een roadmap en gezamenlijke strategie om uiteindelijk SDG-regio te worden. Hierbij zal het ook nadrukkelijk gaan om de samenwerking tussen het bedrijfsleven, het onderwijs en de gemeentes in de regio op het vlak van SDGs. Mooi dat de Achterhoek daarbij ook de samenwerking aangaat met MAEX en veel professionals uit de eigen regio betrekt in de verdere uitwerking van de plannen.
Het worden van een SDG-regio moet kansen bieden voor de ontwikkeling van de Achterhoek in brede zin. Het kan een versterking en versnelling geven aan andere ambities in de regio en in samenwerking met andere regio’s, de provincie, het Rijk en grensoverschrijdend. De SDGs vormen hierin een verbindende factor.
Ook geeft dit de ambitie weer van de regio Achterhoek om een duurzame ontwikkeling van de regio na te streven waarbij grote thema’s zoals klimaat, economische ontwikkeling en sociale inclusiviteit een plek kunnen krijgen.
Het is een prachtig proces dat een voorbeeld kan zijn voor andere regio’s in Nederland en daarbuiten.
Volume 2: Sustainable Development Goals (SDGs).
Ik ben vereerd samen met Henk Doeleman een hoofdstuk te hebben mogen schrijven in deel twee (Sustainable Development Goals) van de trilogie van World Scientific Encyclopedia of Business Sustainability, Ethics and Entrepreneurship.
Het hoofdstuk beschrijft het jaar 2018 in Rheden waarin aan de hand van de SDGs een totale transformatie naar een SDG-netwerkorganisatie plaatsvindt. Uiteindelijk heeft dat in 2019 geleid tot de award: “meest inspirerende SDG-gemeente van Nederland” uitgereikt door minister Kaag en voorzitter van de VNG Jan van Zanen.
Achtereenvolgens wordt in het hoofdstuk vanuit een wetenschappelijke kader (o.a. J.P. Kotter) de transformatie geduid vanuit leiderschap binnen organisaties, vervolgens wordt nauwgezet benoemd welke elementen van belang zijn voor deze transformatie en welke ontwikkelingen en acties hierin operationeel zijn doorgevoerd. Tenslotte staan er tien ‘lessons learned’ beschreven, die een inspiratie en handvat voor andere organisaties kunnen bieden bij het werken met SDGs.
In mijn rol als toenmalig directeur van de gemeente heb ik deze transformatie mogen vormgeven en leiden naar de SDG-netwerkorganisatie (gestart in 2016). Hierbij hebben ontwikkelingen plaatsgevonden o.g.v. cultuur, structuur, werkwijzen, maar ook veranderingen in het politieke proces (o.a. is de domein-begroting omgezet naar een SDG-begroting).
Dit alles met als doel de SDGs volledig in het DNA van de gemeentelijke organisatie te implementeren. Daarbij is nadrukkelijk samenwerking gezocht met het onderwijs, bedrijfsleven, maatschappelijke organisaties en inwoners.
Deze aanpak leidde tot een organisatie die in staat is snel in te spelen op veranderingen om haar heen en via de SDGs eenvoudig samenwerking aan kan gaan met andere partners. Een gemeente kan in deze tijd onmogelijk als autonome entiteit functioneren en heeft partnerschap nodig.
Hierdoor zijn grote stappen gezet in de triple helix samenwerking en de verbetering in het politiek-ambtelijke samenspel. Daarnaast gaf het de organisatie handvatten om vraagstukken integraal op te pakken zonder structuur- of hiërarchische belemmeringen. Hiermee is de doelgerichtheid toegenomen en worden vraagstukken multidisciplinair aangevlogen vanuit alle belangen.
Ik hoop dat dit hoofdstuk maar vooral ook de hele encyclopedie over het werken met SDGs tot inspiratie leidt binnen allerlei organisaties bij de opgave die er ligt vanuit de VN voor een duurzame ontwikkeling wereldwijd.
- Balans zoeken tussen economie, sociale vooruitgang en ecologie -
Het boek (27 november jl. op markt verschenen) biedt een kwantitatief en analytisch kader voor het evalueren van sociaal, economisch en ecologische beleid dat gericht is op de duurzame ontwikkelingsdoelen van de VN (SDG's).
Het boek laat zien hoe landen kunnen worden gerangschikt op hun prestaties in het voldoen aan een bepaalde set van SDG's, met een numerieke berekening van het tekort van de SDG's.
Berekeningen in het boek tonen aan dat zelfs vóór de komst van het COVID-19 virus, er in verschillende grote Westerse landen onopgemerkte tekorten in de SDG's bestonden, zoals in de zorg voor ouderen, persoonlijke veiligheid en hygiëne.
Dit boek probeert een evenwichtig en holistisch paradigma voor het evalueren van de vooruitgang van de SDG’s te bieden en helpt de nationale en internationale inspanningen voor economische ontwikkeling, sociale vooruitgang en bescherming van ecologie op elkaar af te stemmen.
Highlights boek:
- Nieuwe instrumenten, procedures, diagnoses en meetmethoden voor het evalueren van het hele spectrum van SDG's in een breed scala van omgevingen
- Rangschikking van landen volgens hun sociale en economische prestaties, gebaseerd op de unieke hulpbronnen en outputindicatoren van elk land
- Onderzoekt internationale inspanningen om een nieuw sociaal contract tussen mondiale partners vorm te geven
- Levert een nieuwe ‘calculus of consent’: Logische basis voor het smeden van een Consensus van Genève voor duurzame ontwikkeling
Schrijvers:
Sten Thore is een Centennial Fellow Emeritus van het IC2 Institute, een denktank aan de Universiteit van Texas.
Ruzanna Tarverdyan is voorzitter van de Geneva Consensus Foundation, die onder haar leiding de status van speciaal raadgever heeft gekregen bij de Sociaal-Economische Raad van de Verenigde Naties.
Vandaag een webinar bijgewoond van de lancering van het Europe SDG-rapport 2021 door Jeffrey Sachs (predident SDSN), Catherine Chabaud (member European Parliament) en Guillaume Lafortune (vice-president SDSN)
Nederland in de middenmoot op de SDG-index.
Download het rapport: Europe Sustainable Development Report 2021
Belangrijkste conclusies:
Een geïntegreerde aanpak van de SDG's moet zich richten op drie brede gebieden:
- innovatieve aanpak vanuit een brede belangenafweging -
De gemeente Hoorn, Global Goals gemeente sinds 2015, heeft Everlast Consultancy gevraagd haar te begeleiden bij het proces om te komen tot een zo integraal mogelijke ontwikkeling van de openbare ruimte.
Doel is een kwalitatief hoogwaardige openbare ruimte waar ruimtelijke, sociale, en bedrijfsvoeringsbelangen samen komen en tot versterking van elkaar leiden. Dit vraagt om een integrale werkvorm, hierbij is gekozen voor de SDGs als hulpmiddel. De SDGs vormen een framework waarlangs je kunt werken om je openbare ruimte integraal vorm te geven.
Martijn van Duuren (van Orie Advies) en ik hebben in drie interactieve bijeenkomsten, met steeds een grote vertegenwoordiging uit twaalf verschillende teams van de gemeente, deze werkvorm toegepast. Tijdens de bijeenkomsten is geoefend met het steeds verder inbrengen van de verschillende belangen binnen de openbare ruimte. Uiteindelijk alle 17 SDGs!
Dit leverde allerlei cross-border gesprekken op en daardoor inzicht in en begrip voor de belangen van andere disciplines. Maar ook veel enthousiasme! Ook gaf het inzicht in hoe je de SDGs als instrument kunt inzetten om de openbare ruimte hoogwaardig vorm te geven. Ten slotte zie je dat in de openbare ruimte alles samenkomt, maar dat er ook veel interactie is tussen publieke en private ruimte. Dit vraagt partnership met bedrijfsleven, onderwijs en maatschappelijke instanties.
Naast de integrale aanpak die tot allerlei synergievoordelen leidt, zijn er veel nieuwe ideeën ingebracht als input voor het vervolgproces.
Op de ene global goal werden meer digitale post-its geplakt dan op de andere maar iedere goal bleek van belang te zijn in de openbare ruimte!
De volgende stap is om samen met de gemeenteraad een zelfde soort bijeenkomst te organiseren.
De SDGs zijn een zeer handig instrument wanneer je binnen je ontwikkeling naar integraliteit, synergie en brede belangenafwegingen zoekt!
en Performance USA relative to the Doughnut of social and planetary boundaries (University of Leeds).
Jeffrey Sachs (director SDSN): “The message is sobering. Most of the states are far off the mark in achieving the SDGs”.
Download het rapport hier: United States Sustainable Development Report 2021
Uit het rapport:
In het “Global Sustainable Development Report 2021” staan de VS op de 32e plaats in de wereld, ver achter de meeste landen met een hoog inkomen. De VS blijven vooral achter vanwege van hoge obesitas (SDG 2), laag aandeel hernieuwbare energie (SDG 7), grote inkomensongelijkheid (SDG 10), grote stromen van afval en emissies belichaamd in import (SDG 12), hoge CO2 emissies (SDG 13), geringe bescherming van mariene (SDG 14) en terrestrische (SDG 15) ecologische systemen, hoge moord- en opsluitingspercentages (SDG 16), lage niveaus van ontwikkelingshulp (SDG 17), en buitensporige belastinggeheimhouding (SDG 17).
De gegevens op deelstaatniveau tonen niet alleen dit algemene gebrek aan vooruitgang, maar wijzen ook op enorme verschillen tussen de Amerikaanse staten. De slechte prestaties van de Amerikaanse staten weerspiegelen, naast andere factoren, de enorme en toenemende ongelijkheid in de Amerikaanse samenleving.
Amerika is sterk verdeeld naar klasse, ras, geslacht en geografie. Het rapport van dit jaar, en het begeleidende rapport van SDSN “In the Red: The US Failure to Deliver on the Promise of Racial Equity”, leggen een speciale focus op de omstandigheden van de armen en uitgeslotenen in de Amerikaanse samenleving, in het bijzonder met betrekking tot ongelijkheden naar ras en etniciteit.
E.e.a. laat zien dat de grote verschillen in sociale en economische omstandigheden in Amerika in feite verslechteren op verschillende cruciale dimensies, zoals lonen, woonsegregatie en kinderarmoede.
Helaas hebben de SDG's nog geen prominente plaats positie in de Amerikaanse politiek en het overheidsbeleid. Terwijl veel universiteiten, bedrijven, NGO's en steden zich aansluiten bij de SDG's, blijft de betrokkenheid van de federale staat en de staten veel kleiner, vooral in vergelijking met de prominente plaats die de SDG's innemen in andere landen, met name in de Europese Unie.
De hoop is gevestigd op Joe Biden’s voorstel voor Building Back Better (BBB).